01 oktober 2008

HemelBed 103

In deze laatste dagen van september en het begin van oktober dient zich de herfst aan. En het zijn geen koopjes, het is al een regelrechte sollicitatie van de winter. Het kwik daalt alsof het op de beurs genoteerd staat, de regen doet ons onze kraag opzetten en de verwarmingsketel mag weer zijn zacht geronk laten horen. Niet geklaagd, er zal terug van alles te doen zijn: concerten, tentoonstellingen, opvoeringen allerhande. De verveling mag geen kans krijgen om toe te slaan. Doe er vooral iets aan!

Hanne Bedert en de bib

Op vrijdag 5 september organiseerde de Ieperse bib haar jaarlijks concert. Na afleveringen met muziek uit de vier windstreken, kwamen ze dit jaar met een ster van het thuisfront. Hannelore Bedert, een halfslanke jongedame, kwam liederen zingen in drie talen: het Algemeen Nederlands, het West-Vlaams en iets daartussen. Op goeie momenten klonk ze beter dan Flip Kowlier; jammer dat de versterking haar stem soms totaal onverstaanbaar maakte. Wat is dat toch, godbetert, dat knopjesmannen daar geen oren naar hebben. Ze maken alles kapot met hun volume en basversterking. Toch kwam Bedert na enkele songs op kruissnelheid. De snelheid van de stukken liep van traag, over trager naar traagst en toch kwam er geen verveling. De instrumentatie en haar programma hadden een goeie opbouw. De inhoud van haar teksten bleek na enkele kwartieren gekend: zwart, vol verdriet en als de zon even door de wolken kwam piepen, was het nog met een traan. Toen het slotlied er zat aan te komen, zat ik toch met het gevoel dat ze nog een uurtje mocht doorgaan. Hannelore heeft een mooie, op momenten tedere altstem. Ze kan ontroeren maar ook geselen. Haar eerste cd lag midden september in de winkels: een kiem in de dop?

Hoppemuseum

In Poperinge staat de maand september helemaal in het teken van 'feest'. De hop staat er centraal met de Hoppestoet en dit jaar stak men nog een tandje bij met het 50-jarige feest hiervan. Bart Wemaere stak zijn pen in de inktpot en schreef een boek over het hoppegebeuren. Als je graag iets over dit natuurfenomeen wilt weten, moet je het Hoppemuseum in de Gasthuisstraat bezoeken. Het oude gebouw is rijzig en kloek gebouwd. Binnen krijg je echt een mooi zicht op de hoogte omdat de trap en de lift die je naar het begin van de tentoonstelling voeren, mooi de binnenkoer vullen. De reuk van het kruid verwelkomt je en houdt je het hele traject bij de neus. De geschiedenis van het plukken is een volksverhaal dat van hand tot machine loopt. Terug beneden kun je je hart ophalen bij een streekbier. Als je buitenkomt, voel je pas dat je een reisje in de tijd hebt gemaakt.

Cyrusfeesten

In Poperinge weten ze wat feesten is (zie voorgaande artikel). Op de eerste zondag van september (als het dan al niet lichtjes regent), kwamen allerhande rare kwieten het stadsbeeld animeren. De Poperingse centrumhandelaars en het stadsbestuur boden een unieke nazomerse topnamiddag aan: een combinatie van winkelen en vertier. De centrumwinkels hielden open dag en lieten je een kijkje nemen in de nieuwe herfstcollecties, terwijl heel wat straattheatertalent uit alle windstreken voor ambiance zorgde. Toch komt het merendeel van het publiek voor de randanimatie. Vooral de verklede solomannen of dito vrouwen trokken mijn aandacht. Met allerlei visuele trucs wisten ze de kijkers te boeien, vooral ook de allerkleinsten uit het publiek. Een steltenloper met een draak in een kooi trok de aandacht van velen. Ook de acrobatrice op de Grote Markt kon een menigte boeien met een act die het midden hield tussen lachen en kunstjes tonen.

Luc Ameel: 50 jaar kunstschilder

Bij het bekijken van de tentoongestelde tekeningen en schilderijen van Poperingenaar Luc Ameel, bekropen me enkele bedenkingen. Vooral eerst die grote vraag: wat is kunst? Ik laat hier het antwoord in het midden, want iedereen kan hier alle kanten mee op. Bij de titel 'kunstschilder' en het aanschouwen van de werken, kon ik echter geen voldoening krijgen wat mijn nood naar verheffing betrof. Begrijp me niet verkeerd, het werk van Ameel is mooi en bewonderenswaardig. Het toont de pittoreske en prachtige diversiteit van ons landschap en patrimonium uit onze Westhoek. Kerkjes, molens, herenhuizen... zijn consciƫntieus weergegeven. Toch vind ik het woord ambachtsschilder meer op zijn plaats. De Gasthuiskapel lag vol, wat ook het 'zien' blokkeerde. 'Overdaad schaadt' is misschien veel gezegd, maar een tentoonstelling kan maar winnen als er niet al te veel te aanschouwen valt. De rust van mijn bezoek werd vooral verstoord door de vele kaartjes met 'verkocht'. Toch een pluim voor de meester die nu al sedert 1958 onze Westhoek portretteert.